Je bent dood en op weg naar het hiernamaals.
Je bent net overleden en je bent op weg naar het hiernamaals. Onderweg kom je echter een probleem tegen. Je komt namelijk terecht in een kamer waarin twee deuren zijn. Bij elke deur staat een man. Het zijn broers van elkaar.
Op een papier aan de muur staat geschreven dat:
- Een deur naar de hemel gaat
- Een deur naar de hel gaat
- Een broer altijd de waarheid spreekt
- Een broer altijd liegt
Er staat echter niet wie van de broers altijd liegt en wie altijd de waarheid spreekt. En er staat ook niet bij welke deur naar de hemel gaat en welke naar de hel.
Je mag maar één vraag stellen en dan moet je weten welke deur naar de hemel gaat en welke naar de hel.
Ik vraag aan een van de 2 broers of de andere zijn broer is.
de leugenaar zal zeggen nee de goede zal zeggen ja.
Goed geprobeerd Gé,
Je vraag lost alleen maar op dat je dan weet wie de leugenaar is en wie de waarheid spreekt.
Je weet dan nog steeds niet welke deur naar de hemel gaat en welke naar de hel.
Bedenk… je weet niet wie de waarheid spreekt en wie liegt (door jou vraag wel). Je vraag zal het mysterie dus niet oplossen. Je hebt maar een vraag! Door je vraag goed te stellen moet je en weten wie de waarheid spreekt en weten wat de juiste deur is.
Wat zou je broer zeggen als ik hem zou vragen of de blauwe deur naar de hemel gaat?
Bij een negatief antwoord is de blauwe deur de toegang tot de hemel.